Cursus 'Dwang in de Zorg'
Tijdens de cursus 'Dwang in de Zorg' zijn we flink ondergedompeld in de juridische kaders rond onvrijwillige zorg. We zijn nu uitgerust met kennis over zorgmachtigingen en rechterlijke machtigingen, maar jammer genoeg heeft die juridische expertise weinig impact op de dynamiek bij de koffieautomaat.
Zorgmachtiging
De zorgmachtiging is bedoeld voor mensen met een psychische aandoening die onvrijwillige zorg nodig hebben. Praktisch en noodzakelijk, maar even eerlijk: wie heeft niet een keer gedacht aan een "zorgmachtiging" voor die collega die voor de derde keer het verkeerde verslag uploadt? Toch blijkt de wet daar een duidelijke grens te trekken.
Rechterlijke Machtiging
De rechterlijke machtiging is gericht op mensen met dementie of een verstandelijke beperking, waarbij gevaar voor zichzelf of anderen kan spelen. Hoewel sommige van ons even dachten dat dit ook een manier was om orde te scheppen in chaotische vergaderingen, heeft de praktijk ons geleerd dat dit uitsluitend bedoeld is voor echte risico’s.
Wzd versus Wvggz
Het onderscheid tussen de Wet zorg en dwang (Wzd) en de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) is helder uitgelegd. De Wzd benadrukt: “Dwang? Alleen als het écht niet anders kan.” Een instelling die we inmiddels ook toepassen op teambuildingsactiviteiten na werktijd. De Wvggz biedt iets meer ruimte, vooral in acute situaties, maar helaas niet bij het verdedigen van je lunch in de koelkast.
Afwegingen in de Praktijk
De belangrijkste les? Bij dwang gaat het om zorgvuldigheid en een weloverwogen afweging. We hebben geleerd hoe we ethiek en beleid kunnen combineren in complexe situaties. Al kunnen we niet beloven dat we dezelfde nauwkeurigheid toepassen bij de beaufin feestjeskaraoke – daar zijn de regels nog altijd ver te zoeken.
Conclusie: de cursus heeft ons niet alleen inzicht gegeven in dwangmaatregelen, maar ook in het belang van menselijke waardigheid. En, stiekem, dat een beetje humor in ons werk geen kwaad kan.
